Eenentwintig jaar geleden liep ik op alledag, ik was uitgerekend op de eenentwintigste, maar omdat de oudste twee weken eerder was geboren verwachtte ik bij de tweede dat hij meer dan twee weken eerder zou komen. De tweede komt vaak sneller zeggen ze. Wat een tijd geleden en wat veel is er gebeurd in die jaren.
Toen ik twee maanden zwanger was kwam ik alleen te staan met de kinderen, dat was natuurlijk niet de bedoeling maar ik ging er voor en heb geprobeerd er het beste van te maken. Soms ging het wat beter en soms wat minder, net als bij een tweeoudergezin. Of toch anders? Achteraf gezien waren er te weinig reserves om klappen op te vangen, emotionele maar ook financiële klappen. Ze zeggen wel dat je als moeder niet ziek kunt zijn, en dat is ook zo, je moet door. De kinderen moeten verzorgd worden, naar school, eten etc. Ziek of niet. En zo kan het gebeuren dat na eenentwintig jaar wanneer je bijna moeder- af bent dat je rare klachten krijgt, eerst fysiek, en als je het dan nog niet doorhebt ook emotioneel. En dan komt er een moment dat je niet tot rust kunt komen, de aanleiding kan iets vaags zijn als bijvoorbeeld ontslag krijgen op je werk.
Over het algemeen is de combinatie van alleenstaand ouderschap en werken teveel van het goede, zeker wanneer je niet iemand bent die makkelijk om hulp vraagt en alles zelf meent te moeten doen.
Als je jongste eenentwintig wordt, dan mag je trots omkijken en zien dat het gelukt is, natuurlijk heb je als ouder onderweg steken laten vallen, dat is alleen maar menselijk. Natuurlijk neem je jezelf dat kwalijk, maar je hebt alle recht om je op de borst te slaan dat je je staande hebt weten te houden, op je eigen manier. Je weet dat jouw eigen manier goed is, ook al blijf je maar vergelijken met hoe je denkt dat het hoort. De kinderen zijn mooie min of meer volwassen mannen geworden, klaar om hun eigen weg te gaan.
Als je jongste eenentwintig wordt dan besef je dat de jaren ook voor jezelf voorbij zijn gevlogen. In de spiegel zie je een vrouw die onmiskenbaar van middelbare leeftijd is, maar zo voel je je niet. Okee, soms voel je je tweehonderd, maar meestal voel je je een jonge meid en ben je verbaasd als de mensen je met ‘u ‘ aanspreken.
Eenentwintig jaar, drieëntwintig jaar vanaf de geboorte van de eerste zoon. Tropenjaren als alleenstaand moeder vanaf het begin, Tropenjaren zijn vermoeiend en tellen voor twee, maar tropenjaren geven ook voor twee warmte en zon, en prachtige ervaringen die je voor geen goud in de wereld zou willen missen. In een eenoudergezin is de band vaak sterker omdat je meer op elkaar bent aangewezen.
Als je jongste eenentwintig wordt mag je misschien wel een stapje terug doen, je hebt een enorme taak volbracht, het is tijd om uit te rusten en langzaamaan weer aan jezelf te gaan denken.
Als je jongste eenentwintig wordt.
10-03-‘11