dinsdag 12 april 2011

(C12-04-’11) We zijn er weer


Maandagochtend borstkankeronderzoek; met de borsten stevig vastgeklemd en afgeplet in het röntgenapparaat, war een raar gevoel is dat toch. Mijn hoofd was er nog niet helemaal bij en dus vergat ik mijn paspoort en ik vergat een meegestuurd formulier in te leveren. De reacties van de dames zijn me ook ontgaan want ik ben niet naar huis gestuurd en toch was het uiteindelijk in orde. Over een paar weken hoor ik de uitslag van het onderzoek.

Zoals je weet zijn mijn lief en ik in beroep gegaan tegen de afwijzing van zijn visumaanvraag, dat deden we op twaalf januari jl. Toen ik terugkwam van mijn reis op negen april, lag er een brief van de immigratie- en naturalisatiedienst, de IND, die was verstuurd op 24 maart en die binnen twee weken beantwoord had moeten worden. Natuurlijk! Zul je net zien. Een bewijs van de Universiteit zou niet geldig zijn, maar hoe kun je een geldig bewijs dat als ongeldig bewijs wordt gezien nou verbeteren, wat voor bewijs moet je dan heeft. Om een lang verhaal kort te houden, ik heb maandagochtend gebeld en na lang wachten kreeg ik de juiste persoon aan de telefoon. Hij was onverwacht vriendelijk en gaf ons twee weken uitstel om een nieuw/ beter bewijs te sturen. De wonderen zijn de wereld nog niet uit.

Vanochtend vroeg moest ik naar het UWV in Almere. Ik zit al weer een maand of acht in de ziektewet en de arboarts wil dat ik sneller meer uren ga werken, en ik merk dat ik dat niet kan. Met twee ochtenden zit ik aan mijn tax, met drie ochtenden ga ik daar overheen. Vervelend, vooral voor mij, en ook voor mijn werkgever. Vervelende bijkomstigheid is dat de afdeling waar ik werk wordt opgeheven, wat inhoudt dat ik word ontslagen zo gauw ik weer beter ben. Een rare situatie is dat. Nadat ik met een brok in mijn keel mijn hele hebben en houden op het bureau bij de UWV heb gelegd, wat niet fijn noch makkelijk is, werd geconstateerd dat de arboarts zich waarschijnlijk goed aan de regels hield, namelijk mij zo snel mogelijk aan het werk zien te krijgen want anders krijgt hij een boete. Het ging er dus niet om of hij of ik gelijk hebben maar of de regels worden opgevolgd. Wat dat in de praktijk dan ook voor een gewone burger mag betekenen. Ik vroeg of er dan geen oplossing was, ik weet namelijk dat ik niet het advies van de arboarts kan opvolgen, daarom zat ik überhaupt bij het UWV. Nee, er is geen oplossing. Kortom, het is maar goed dat ik teveel mooie dingen in mijn leven heb om voor de trein te springen. UWV: niet te geloven.

We zijn er weer.