donderdag 22 maart 2012

(22-03-'12) Over afscheid

Onverwacht dringt het besef binnen dat het ieder moment voorbij kan zijn. Natuurlijk, ik weet het. Weten met mijn hoofd. Zo heb ik met mijn hoofd vrede ermee, ze is immers bijna 87. Ik vraag het regelmatig: Neem haar toch mee. Dit gesukkel op het einde is toch niets. Het past ook niet bij haar. Een trotste vrouw die overal bij wil zijn en alles mee wil maken, die nu al jaloers is op alle leuke, nieuwe dingen die mensen mee zullen maken wanneer zij al is overleden. Ze zou er steeds bij willen zijn. Tot voor kort.

Ze sukkelt heen en weer tussen het hier en het hiernamaals, zo lijkt het. Soms komt ze even terug en laat dan weten dat ze er nog is, en soms zit ik bij haar en voel ik dat ze ver weg is. De menselijke geest is wonderlijk en oh zo kwetsbaar. Ik praat met haar en het voelt alsof ze ook met mij praat, zoals vroeger. Even denk ik dan dat het allemaal weer goed komt, maar de volgende dag voeren we het zelfde gesprek, soms zelfs hetzelfde uur, en dan nog een keer en nog een keer. Er blijft niets meer hangen.

Ik heb nog zoveel te vertellen maar ik ben te moe. Haar blik gaat naar de televisie, haar steun en toeverlaat de laatste weken. Het kleine huis op de prairie. Het geeft haar een vredig gevoel en ze geniet van de oude kleding. Het is haar uurtje en als je bij haar bent dan kijk je mee. Punt uit, of je wil of niet. Ze heeft zich ontdaan van overbodig decorum en is rechtstreekser dan ze ooit was, tenminste in haar heldere momenten. Het is wennen, mijn moeder in haar nieuwe rol. Of is het eindelijk geen rol meer. In die zin is het eerste afscheid voorbij, de moeder die ze was is er haast niet meer, misschien wel helemaal niet meer.
 De vrouw die precies wist wanneer haar kleinzoons een belangrijk examen hadden, of een spannend optreden. Ze was hun grootste fan. Ze wilde alles horen en alles weten. Soms stuurde ze een smsje naar de jongens, als er een paar keer een leeg smsje aankwam, lachten ze vertederd om hun oude oma die zo dapper met de tijd meeging, die smste en mailde met haar zoon verweg.

Haar eerstgeborene is vandaag teruggekomen van ver. Een weekend lang zal hij bij haar zijn. Ze keek er naar uit om hem te zien, maar het is haar ook eigenlijk te veel. Stil vraag ik me af: heeft ze op hem gewacht?
Ik vraag mijn jongere broer wat hij ervan denkt. We hebben allemaal zo onze eigen ideeën over de moeder, al naar gelang de wind waait. De engelsen hebben er een mooie uitdrukking voor: Fading Away. Langzaam vervagen. Ik dacht dat ik er vrede mee had en klaar mee was, maar opeens deed het zeer, het besef dat ik straks verweesd ben. Onwezenlijk.

Ik loop in gedachten de keuken in en zie een van onze katten, ze wordt oud en springt de laatste tijd steeds vaker bijna mis of ze struikelt over een traptrede. Volgens mijn wereldwijze (!?) oudste broer is dat het begin van het einde. Ik kijk naar haar en denk met een kleine brok in mijn keel: Kom op, niet allemaal tegelijk.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten